Informatie voor patiënten

RECONNEXT onderzoekt de connectie tussen nierschade en hartfalen met behouden knijpkracht

Bij hartfalen werkt het hart minder goed. Het kan onvoldoende bloed rondpompen om te voldoen aan de zuurstofbehoefte van het lichaam. De bloedvaten raken vol en er kan vocht uit lekken. Dit gebeurt vooral naar de longen, buik, benen en enkels. Hierdoor ontstaan klachten zoals vermoeidheid en kortademigheid, vaak eerst alleen bij inspanning maar later ook in rust. Hartfalen is een groeiend probleem, waar wereldwijd circa 64 miljoen mensen aan lijden, met een hoge ziektelast en waaraan uiteindelijk veel patiënten vroegtijdig overlijden.

Vragen en antwoorden voor patiënten

In de afgelopen decennia is veel vooruitgang geboekt in de behandeling van hartfalen met een verlaagde knijpkracht (HartFalen met een geReduceerde EjectieFractie: HFrEF), een ziekte die vooral bij mannen voorkomt. Het is de laatste jaren duidelijk geworden dat in ruim de helft van de patiënten met hartfalen sprake is van een andere vorm van hartfalen, namelijk hartfalen met behouden knijpkracht (maar verminderde ontspanning van de hartspier: HartFalen met een gePreserveerde EjectieFractie, kortweg HFpEF).

Tot op heden is er voor deze vorm van hartfalen – die vaker bij vrouwen voorkomt – nog geen bewezen effectieve therapie gevonden. Dit laatste is met name doordat we nog onvoldoende begrijpen van de mechanismen die leiden tot HFpEF.

Het RECONNECT consortium – een uniek samenwerkingsverband van onderzoeksgroepen bestaande uit cardiologen, nierspecialisten, huisartsen en wetenschappers – heeft zich in de afgelopen 5 jaar, gesteund door CardioVasculair Onderzoek Nederland (CVON) en de Nederlandse Hartstichting, gericht op het onderzoeken van het verband tussen nierschade (CKD) en HFpEF. RECONNECT heeft aangetoond dat afname van nierfunctie een belangrijk risico vormt voor het optreden van HFpEF en leidt tot een slechtere levensverwachting.

Het RECONNECT onderzoeksprogramma heeft daarnaast belangrijke nieuwe inzichten gegeven in de mechanismen die ten grondslag liggen aan dit verband tussen nierschade en HFpEF. Studies in door ons ontwikkelde diermodellen en in patiëntengroepen hebben aangetoond dat chronische laaggradige ontsteking (inflammatie) en de effecten hiervan op de kleine bloedvaatjes in het hart een centrale rol spelen in het ontwikkelen en verloop van HFpEF door nierschade. Wij hebben verschillende mogelijke aangrijpingspunten geïdentificeerd voor behandeling, zoals inflammatiemarkers, en stoffen die een gunstig effect hebben op het hartspierweefsel of op de kleine bloedvaatjes in het hart. Binnen het RECONNECT onderzoeksprogramma hebben we een ’pijplijn’ ontwikkeld waarin nieuwe aangrijpingspunten voor behandeling kunnen worden ontdekt, en vervolgens behandelingen worden ontwikkeld en getoetst om uiteindelijk in patiënten te kunnen worden toegepast.

In het vervolg op RECONNECT, RECONNEXT genaamd, zullen we de wetenschappelijke samenwerking verder uitbreiden en inzetten om nieuwe behandelingen te kunnen testen. Dat testen gebeurt dan niet alleen in proefdieren maar ook in klinische studies met specifieke patiëntengroepen.

Wij zullen de onderliggende mechanismen in de link tussen nierschade en HFpEF verder onderzoeken, waarbij gebruik zal worden gemaakt van de nieuwste onderzoekstechnieken. Nieuwe behandelingen zullen worden getest in door ons ontwikkelde HFpEF diermodellen en in goed gedefinieerde patiëntengroepen. Hiermee zal een basis worden gelegd voor toekomstige grote klinische trials, die uiteindelijk moeten gaan resulteren in een bewezen effectieve behandeling van HFpEF.

In het werkplan van het RECONNEXT onderzoeksprogramma zijn de verschillende werkpakketten (WP) sterk verbonden en op elkaar afgestemd (zie figuur hieronder), gericht op:

  • Onderzoek naar mechanismen via welke nierschade leidt tot HFpEF, met als doel om nieuwe voorspellende biomarkers van HFpEF te vinden, evenals moleculaire aangrijpingspunten voor nieuwe therapeutische interventies. Hiertoe is er een nauwe interactie tussen de klinisch-epidemiologische studies van WP1 met de experimentele studies in cel- en weefselmodellen binnen WP2 en de diermodellen in WP3.
  • Deze resultaten en resultaten uit RECONNECT worden vervolgens verder gevalideerd middels testen van nieuwe therapeutische interventies in experimentele modellen, zowel in cel- en weefselmodellen in WP2 en in diermodellen met nierschade en HFpEF in WP3.
  • Tenslotte worden de meest veelbelovende kandidaten geselecteerd voor verder testen in patiënten in kleine goed-gedefinieerde patiëntgroepen binnen WP4.1. Binnen WP4.2 worden veelbelovende biomarkers geïntegreerd voor de ontwikkeling van een prognose-model, waarvoor ook weer de interactie met WP1 noodzakelijk is.

 

Vanwege de synergistische aanpak van RECONNEXT, en doordat verschillende kandidaten reeds zijn ontdekt en getest in RECONNECT, zullen de verschillende werkpakketten grotendeels parallel uitgevoerd worden.

 

Het RECONNEXT onderzoeksprogramma zal uiteindelijk bijdragen aan een vermindering van HFpEF ziektelast. Een beter begrip van de moleculaire mechanismen en de onderliggende pathofysiologie die ten grondslag liggen aan het verband tussen nierschade en HFpEF, zal leiden tot betere en meer specifieke behandeling van verschillende patiëntgroepen met HFpEF. Tezamen met een eerdere herkenning door betere predictiemodellen, zal dit leiden tot een vroegere meer gerichte behandeling met nieuwe – effectieve – medicijnen, waardoor de ziektelast van HFpEF door nierschade verminderd kan worden, of mogelijk zelfs voorkomen kan worden.

Doordat RECONNEXT zich in belangrijke mate richt op het vinden van nieuwe aangrijpingspunten voor therapie en het zoeken naar mogelijkheden om reeds bestaande geneesmiddelen voor de nieuwe indicatie in te zetten, verwachten wij op relatief korte termijn stappen te kunnen zetten richting klinische implementatie. Gedurende de looptijd van RECONNEXT zullen wij – net als in de afgelopen 5 jaar tijdens RECONNECT – veel aandacht hebben voor disseminatie, waarbij resultaten van RECONNEXT zullen worden gepubliceerd in hoogstaande internationale tijdschriften en gepresenteerd op congressen en symposia. Daarnaast zullen we, meer nog dan in de afgelopen 5 jaar, aandacht geven aan valorisatie en implementatie. Binnen het RECONNEXT consortium is veel expertise op dit gebied en ook zullen wij op deze terreinen nauw samenwerken met experts binnen de werkgroepen Implementatie en Valorisatie van de Dutch Cardiovascular Alliance (DCVA). Vertegenwoordigers van die werkgroepen tezamen met patiënten, patiëntenorganisaties en medische beroepsverenigingen zullen dan ook deel uitmaken van de beoogde Gebruikerscommissie. Het is onze stellige overtuiging dat op deze wijze onze onderzoeksresultaten op de snelst mogelijke wijze hun weg vinden naar maatschappelijke toepassingen om zodoende de ziektelast van hart- en vaatziekten, in het bijzonder HFpEF, te verminderen.

Meer informatie over hartfalen kunt u vinden op de website van de Hartstichting.

Ook de website van De Harteraad (patiëntenvereniging voor mensen met hart- en vaataandoeningen) biedt meer informatie over dit onderwerp.